1.Stevigheid
De pompoen moet stevig zijn, zodat hij niet uit elkaar valt als je hem bewerkt. Zowel aan de buitenkant als in de binnenkant. Een slappe buitenkant/binnenkant maakt het bewerken zo goed als onmogelijk.
2.Bruine plekken
Kies niet voor een pompoen met bruine vlekken. Zelfs de kleinste bruine plekken kunnen uiteindelijk je pompoem verpesten. Je kunt pompoenen in allerlei kleuren verkrijgen, maar de traditionele pompoenen zijn natuurlijk oranje. De bruine plekken geven aan dat insecten al van deze pompoen hebben gegeten. Door deze plekken kan een pompoen snel zachter en dus onbruikbaar worden.
3.Stevige stengel
Een pompoen moet een stevige, donker groene of zwarte stengel hebben. Als je hem optilt, en de stengel buigt zich of drijgt te breken, zet hem dan snel weer terug. Een sterke stengel zorgt ervoor dat je hem veillig kunt dragen, zonder dat deze op de grond kan vallen.
4.De dikte 
Probeer de juiste dikte te vinden voor waar je de pompoen voor gaat gebruiken. Als je hem wil gaan bewerken, dan is een dunnere verstandiger. Wil je de pompoen gebruiken met koken, dan kun je beter een dikkere kiezen. Een dikke pompoen kan erg lastig zijn om te bewerken maar goed om in de keuken te gebruiken.
Tip: Wanneer je een pompoen wilt gebruiken voor een gerecht, doe deze dan na het schoonmaken even in de oven. Hierdoor wordt deze zachter en is dus makkelijker te snijden.
5.Verven
Bewerken is niet alles wat je kunt doen met je pompoen. Mocht je het bewerken niet veillig vinden voor je kinderen (in verband met het gebruiken met een mes), kun je altijd nog de pompoen verfen! Dit is een stuk veiliger en zorgt voor evenveel plezier.
De perfecte pompoen is vaak degene die jouw kinderen het leukst, raarst of mooist vinden, ongeacht de vorm en het formaat. Uiteindelijk draait het er toch om of je er plezier mee hebt met je familie!
